Strafzaak inzake MH17
Het Openbaar Ministerie heeft medio 2019 bekendgemaakt dat zij vier verdachten wil vervolgen voor de MH17-ramp. Hierop is een Rechtsbijstandsteam (RBT) opgericht om alle nabestaanden juridische hulp te verlenen. Het RBT bestaat uit acht Nederlandse advocaten. Maya Spetter is zowel één van de leden van het opgerichte RBT als van het Kernteam MH17.
Het RBT staat in totaal 590 nabestaanden van de slachtoffers van vlucht MH17 bij. Zij laten zich in de strafzaak adviseren en vertegenwoordigen door Nederlandse advocaten.
Ongeveer 90 nabestaanden worden bij gestaan door Maya Spetter.
Op 9 maart 2020 is bij de rechtbank Den Haag, locatie Schiphol, de strafzaak tegen de eerste vier verdachten uit Rusland en Oekraïne begonnen. Naar verwachting zal het strafproces lange tijd in beslag nemen.
Hieronder vindt u een samenvatting van de ontwikkelingen tot nog toe in het proces. U leest terug in de tijd.
Ook is een aparte pagina opgenomen over de procedure die het RBT namens de nabestaanden voert bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (het EHRM). Deze pagina vindt u hier.
17 november 2022
Uitspraak Rechtbank Den Haag in strafzaak MH17
Na jaren van internationaal onderzoek, maakte het Openbaar Ministerie (OM) medio 2019 bekend vier mannen te vervolgen voor de MH17 ramp. Zij hebben volgens het OM een rol gespeeld bij het binnenhalen en/of afvoeren van de Buk-raketinstallatie waarmee het toestel uit de lucht zou zijn geschoten. Maandag 9 maart 2020 startte het omvangrijke strafproces in het Justitieel Complex Schiphol. Het heeft ruim 2,5 jaar en 68 zittingsdagen gekost om alle argumenten, onderzoek wensen en bewijzen te dekken.
Maya Spetter is lid van het Rechtsbijstandsteam MH17 (RBT). Het team bestaat verder uit Antoinette Collignon, Ruth Jager, Maarten Pijnenburg, Peter Langstraat, Sander de Lang, Arlette Schijns en Evert Wytema. Het RBT staat veel nabestaanden bij in zowel de strafzaak als in de klachtprocedure bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens.
Het RBT heeft op 13 april 2021 namens 304 nabestaanden een vordering tot schadevergoeding ingediend bij de rechtbank. Bij het vaststellen van deze vorderingen is het Oekraïens civiel recht van toepassing. Kinderen, vaders en moeders, partners en familieleden die met de overledene in gezinsverband samenwoonden hebben het recht op schadevergoeding. Het komt neer op een bedrag tussen de € 40.000 en € 50.000,00 per nabestaande per slachtoffer, waarbij de precieze hoogte afhankelijk is van het soort relatie/band tussen nabestaande en slachtoffer.
Ook heeft het RBT de nabestaanden ondersteuning geboden in de voor hen emotionele periode van uitoefening van hun spreekrecht. Van 6 tot en met 24 september 2021 hebben ruim 90 nabestaanden gebruik gemaakt van hun spreekrecht. Met de persoonlijke verklaringen hebben de nabestaanden hun verdriet kenbaar kunnen maken en kunnen vertellen over de impact van de vliegramp op hun leven.
In de week van 20 december 2021 heeft het OM het requisitoir uitgesproken. De vier verdachten worden beschuldigd van het doen verongelukken van vlucht MH17 met de dood van de inzittenden tot gevolg en moord op alle inzittenden. Ook ging het OM in op de ingediende vorderingen tot schadevergoeding en nam deze vrijwel geheel over. Aan het slot van het requisitoir heeft het OM gevorderd een levenslange gevangenisstraf op te leggen aan alle vier de verdachten.
Uitspraak Rechtbank 17 november 2022: driemaal levenslang
Op 17 november 2022, precies 8 jaar en vier maanden na de ramp en meer dan 2,5 jaar na de aanvang van het strafproces, deed de rechtbank uitspraak. De rechtbank heeft ten overstaan van een zeer groot aantal nabestaanden en andere aanwezigen haar uitspraak gedaan.
De rechtbank heeft drie van de vier verdachten veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf en gevangenneming. De vierde verdachte Pulatov is door de rechtbank vrijgesproken.
Belangrijk is dat de rechtbank heeft uitgesproken dat Rusland op het moment van het neerhalen van vlucht MH17 de controle had over de Volksrepubliek Donetsk. De verdachten hebben nauw samengewerkt om de punten raketinstallatie vanuit Rusland naar het rebellengebied aan te voeren en weer af te voeren. Zij worden verantwoordelijk gehouden voor het neerschieten van vlucht MH17 vanwege hun sturende militaire rol en samenwerking met als doel een vliegtuig neer te schieten. Omdat de verdachten en Rusland ontkennen dat de rebellen deel uitmaakten van de Russische Federatie kunnen zij geen beroep doen op immuniteit op basis van het oorlogsrecht.
Toewijzing vordering tot schadevergoeding
Daarnaast heeft de rechtbank bepaald dat de 304 vorderingen tot schadevergoeding die het RBT namens de nabestaanden heeft ingediend worden toegewezen. Het gaat om een totaalbedrag van meer dan 16 miljoen euro te vermeerderen met wettelijke rente. Ook heeft de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opgelegd.
Schadevergoedingsmaatregel
Er is nog hoger beroep mogelijk tegen de uitspraak. Daarnaast loopt er nog een opsporingsonderzoek naar andere betrokkenen bij de ramp. Pas wanneer het vonnis tegen een van de drie veroordeelden onherroepelijk is geworden en acht maanden verstreken zijn kan de schadevergoeding aan de nabestaanden worden betaald.
Procedure Europees Hof voor de Rechten van de mens
Tegelijkertijd loopt er een procedure bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) over de vraag of Rusland verantwoordelijk kan worden gehouden voor het neerhalen van het vliegtuig en voor het uitblijven van onderzoek, en of Oekraïne verantwoordelijk kan worden gehouden voor het niet sluiten van zijn luchtruim tijdens de oorlog in het oosten.
Voor de procedure in de klachtzaak tegen de Russische Federatie bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat het Rechtsbijstandsteam MH17 heeft aangespannen voor 500 nabestaanden en in welke procedure Nederland en Australië zich gevoegd hebben, is deze uitspraak in de strafzaak heel erg belangrijk. De rechtbank heeft in haar vonnis in de strafzaak immers uitgesproken dat de Russische Federatie de controle uitoefende over het gebied waar vlucht MH17 werd neergehaald.
Op 26 januari 2022 vond de eerste zitting in de klachtprocedure bij het EHRM plaats in Straatsburg. Het wachten is nu op de uitspraak van het EHRM over de rol van Rusland in Oost-Oekraïne.
Rusland is vanwege de Russische invasie in Oekraïne niet langer lid van de Raad van Europa en daarmee ook geen partij meer bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het EHRM blijft bevoegd om te oordelen over handelingen van staten in de periode dat zij nog bij het verdrag hoorden. Dus ook de lopende klachtzaak tegen Rusland wordt behandeld.
Procedure ICAO
Op 14 maart 2022 is Nederland samen met Australië een procedure gestart tegen Rusland bij de ICAO-raad voor zijn rol bij het neerhalen van vlucht MH17. Nederland en Australië hebben aan de Raad gevraagd vast te stellen dat Rusland zijn verplichtingen onder het verdrag van Chicago heeft geschonden door het gebruik van een wapen tegen een burgerluchtvaartuig tijdens de vlucht waarbij 298 slachtoffers om het leven zijn gekomen. Zij hebben verzocht daaraan rechtsgevolgen te verbinden waaronder een vergoeding van de geleden schade.
De procedure bij de ICAO-raad is vertrouwelijk en er zijn geen openbare hoorzittingen. Rusland heeft een reactie ingediend naar aanleiding van de ingediende klacht. Nederland en Australië zijn daar op dit moment een reactie op aan het voorbereiden. De verwachting is dat deze procedure meerdere jaren in beslag zal nemen.
Een eerste stap naar rechtvaardigheid
Het Rechtbijstandsteam is blij en tevreden dat er nu een heldere uitspraak ligt in de strafzaak, waarbij al het bewijs gewogen is en het na zovele jaren tot een veroordeling is gekomen van Girkin, Dubinskiy en Kharchenko. Het RBT blijft zoeken naar waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor de 298 slachtoffers en de nabestaanden.
6 – 24 september 2021
In de periode van 6 tot en met 24 september hebben ruim 90 nabestaanden gebruik gemaakt van hun spreekrecht. Nabestaanden waren fysiek in de rechtszaal aanwezig, spraken door middel van een vooraf opgenomen videoboodschap of via een live-verbinding vanaf de locatie waar de nabestaanden zich bevond. Ook hebben de advocaten van het Rechtsbijstandsteam verklaringen namens nabestaanden voorgelezen.
De uitoefening van het spreekrecht was een belangrijk moment in de strafzaak. Met de persoonlijke verklaringen hebben de nabestaanden hun verdriet kenbaar kunnen maken en kunnen vertellen over de impact van de vliegramp op hun leven. Zo geven ze hun dierbaren en hun emoties een stem. Ook zijn er foto’s, filmpjes en voorwerpen van betekenis getoond, waarmee ze hun dierbaren een gezicht hebben gegeven. Voor de verwerking van de ramp is dat heel belangrijk.
De eerstvolgende zittingsdag is op 1 november. Dan wordt besproken of alle onderzoeken nu volledig zijn afgerond, of dat er toch nog meer tijd nodig is of nog meer moet worden onderzocht. Ook wordt er aandacht geschonken aan de schadevergoedingsvorderingen die zijn ingediend door de nabestaanden. Op 8 november is er nog een dag waarop een aantal nabestaanden gebruik zal gaan maken van het spreekrecht. Op 9 november licht het Rechtsbijstandsteam de vorderingen van de nabestaanden toe.
Het requisitoir van het Openbaar Ministerie staat in de week van 15 november gepland. Hierin zet het Openbaar Ministerie de feiten op een rij, geeft haar mening over het bewijs, en concludeert tot welke straf dit volgens haar moet leiden. De uitspraak van de rechtbank wordt niet eerder dan eind 2022 verwacht.
24 juni 2021
Het Openbaar Ministerie reageert op de nog openstaande verzoeken van de verdediging en het Rechtsbijstandsteam. De rechtbank heeft het eerdere verzoek van het Rechtsbijstandsteam om foto’s te verstrekken toegewezen. Wat betreft de vorderingen tot schadevergoeding heeft de rechtbank aangegeven welke informatie moet worden verstrekt om die vorderingen goed te kunnen beoordelen.
Het OM is van mening dat een aantal verzoeken van de verdediging moet worden afgewezen, omdat deze verzoeken al eerder zijn afgewezen en deze niets nieuws toevoegen. Het OM benadrukt het belang van de voortgang en afronding van dit strafproces. Dit moet volgens het OM vanwege de impact op de nabestaanden steeds zwaarder gaan wegen. Het noodzakelijk onderzoek zal uiteraard nog plaatsvinden, maar het OM vraagt de rechtbank wel om in dit stadium van het proces kritisch te zijn over de noodzaak van de verzoeken van de verdediging. Het Rechtsbijstandsteam sluit zich hier bij aan.
Op 8 juli zal de rechtbank beslissingen nemen op de nog openstaande verzoeken van de verdediging, reageren op de tegen die tijd afgeronde schriftelijke uitwisseling van standpunten van de verdediging, het OM en het Rechtsbijstandsteam over de vorderingen tot schadevergoeding van de nabestaanden. Hiermee wordt het zittingsblok voor de zomer van 2021 van het MH17-strafproces afgerond.
De nabestaanden en het Rechtbijstandsteam bereiden zich voor op een belangrijk moment in dit strafproces. In september 2021 zullen bijna 100 nabestaanden zowel in Nederland als in diverse andere landen gebruik maken van hun spreekrecht. Een aantal zal een verklaring in de zittingszaal afleggen. Sommige nabestaanden die in het buitenland verblijven zullen dat doen via een livestream of video.
17 juni 2021
Het Openbaar Ministerie heeft delen van het dossier besproken die het OM van belang acht voor de door de rechtbank te nemen beslissingen. Het gaat om de vraag naar de afvuurlocatie en de rol van de verdachten. Het OM heeft gewezen op de samenhang tussen verschillende bewijsmiddelen, bijvoorbeeld tussen tapgesprekken en ander bewijs in het dossier.
Verzoek Rechtsbijstandsteam
Het Rechtsbijstandsteam heeft verzocht om foto’s van wrakstukken van het MH17-vliegtuig te verstrekken aan de nabestaanden die dat wensen. Ook heeft het Rechtsbijstandsteam stukken overgelegd om te voegen bij de vorderingen tot schadevergoeding van de nabestaanden.
Verzoek verdediging
De verdediging zal geen gebruik maken van de door de rechtbank gegeven mogelijkheid om delen van het dossier te bespreken die zij van belang achten. Tijdens de zitting van 21 mei 221 heeft de verdediging wel verzocht om aanvullende stukken: namelijk een overzicht van alle wrakstukken met bijbehorende nummers en aan welk deel van de reconstructie van het vliegtuig die stukken kunnen worden gekoppeld. Daarnaast benoemen zij een op internet verschenen filmpje waarin iemand anders dan de huidige verdachten zou stellen een rol te hebben in het neerstorten van vlucht MH17.
10 juni 2021
Op donderdag 10 juni is de strafzaak MH17 hervat. Die dag stond de derde vraag centraal: hadden de verdachten een rol bij het neerhalen van vlucht MH17 op 17 juli 2014?
Allereerst heeft de rechtbank gewezen op de concrete verwijten die het Openbaar Ministerie aan de verdachten heeft gemaakt. De verdachten zouden de behoefte hebben geuit en hebben gevraagd om een luchtverdedigingssysteem met bemanning, een geschikte afvuurlocatie voor de BUK-TELAR hebben aangegeven en het vervoer en het bewaken daarvan hebben gefaciliteerd. Elk van de verdachten zou hierbij een verschillende rol hebben gespeeld. Dit alles is opgenomen in de tenlastelegging.
De rol van de verdachten
De rechtbank heeft tijdens de zitting een aantal afgeluisterde telefoongesprekken benoemd en afgespeeld. Hieruit blijkt de rol van de vier verdachten bij de gebeurtenissen rondom het transport van de BUK-TELAR, het neerstorten van het vliegtuig en hun onderlinge verhoudingen. Alle verdachten ontkennen betrokkenheid bij het neerstorten van het MH17-vliegtuig, het gebruik van een BUK-raketsysteem door separatisten en de aanwezigheid daarvan in het conflictgebied van Oost-Oekraïne.
Ontwikkelingen hiervoor
Uitspraak 22 april 2021
Op 22 april 2021 heeft de rechtbank beslissingen genomen over een aantal verzoeken.
Niet-ontvankelijkheid vordering nabestaanden
De verdediging heeft verzocht uitvoering te geven aan artikel 333 Sv. Dit artikel luidt: ‘’Indien naar het oordeel van de rechtbank de benadeelde partij kennelijk niet ontvankelijk is, kan zij zonder nader onderzoek van de zaak de niet ontvankelijkheid van de benadeelde partij uitspreken.’’
De verdediging voerde aan dat de civiele vorderingen van de nabestaanden niet behandeld moeten worden in dit strafproces omdat de behandeling zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding.
De rechtbank overwoog dat als uitgangspunt geldt dat de wetgever heeft willen voorzien in een voegingsprocedure die er zoveel mogelijk toe leidt dat personen die schade hebben geleden als gevolg van een strafbaar feit zoveel mogelijk schadeloos worden gesteld en waarin geen onnodige drempels voor deze personen worden opgeworpen. Wel is het van belang dat de voegingsprocedure accessoir blijft aan het strafgeding en dat de voegingsprocedure het strafgeding niet gaat overschaduwen. Een zo vlot mogelijke afhandeling van de strafzaak blijft het uitgangspunt.
Volgens de rechtbank kan niet worden gezegd dat de behandeling van de vorderingen zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafproces. Ten eerste wijst de rechtbank op het feit dat het strafproces van buitengewone omvang en complexiteit is. Ook is er, in vergelijking tot andere strafrechtelijke procedures, een relatief lange looptijd voorzien. De rechtbank is van mening dat de behandeling van de vorderingen in strafproces mogelijk is. Van het overschaduwen van het strafgeding door de behandelingen van de vorderingen zal niet snel sprake zijn. Verder weegt de rechtbank mee dat de inhoud van de vorderingen relatief eenvoudig van aard is, nu de nabestaanden aanspraak maken op vaste bedragen aan immateriële schade.
De verdediging gaat in het bijzonder in op het feit dat aan de inhoudelijke beoordeling van de vorderingen vragen van internationaal privaatrecht kleven. Deze omstandigheid leidt volgens de rechtbank eveneens niet tot onevenredige belasting van het strafgeding.
De rechtbank heeft het verzoek van de verdediging afgewezen.
Tapgesprekken
Verder heeft het Openbaar Ministerie de opdracht gekregen om alle tapgesprekken van de telefoons van de verdachte in de periode 1 tot en met 20 juli 2014 ter inzage te geven aan de verdediging, voor zover die nu niet in het procesdossier zitten.
Wrakstukken
Over een maand gaan de rechters zelf kijken bij de MH17-wrakstukken, die staan opgesteld op vliegbasis Gilze-Rijen. Het onderzoek ter terechtzitting wordt op 26 mei 2021 op die locatie voortgezet.
Eerder al heeft het Rechtsbijstandsteam het wrak van het vliegtuig mogen bekijken. Het bezichtigen van het wrakstuk heeft een diepe indruk gemaakt op de leden van het team.
Verzoek van het Rechtsbijstandsteam (RBT)
Het RBT heeft de Rechtbank gevraagd de vertrouwelijkheid te waarborgen van de privacygevoelige gegevens van de nabestaanden. Om die reden hebben de nabestaanden de rechtbank verzocht om een mededelingsverbod op te leggen aan de procespartijen ten aanzien van diverse stukken die zijn ingebracht ter onderbouwing van de vorderingen van de nabestaanden. De rechtbank heeft deze verzoeken gehonoreerd. Aan de vier verdachten en de verdediging wordt een mededelingsverbod opgelegd, hetgeen betekent dat zij over de ingediende vorderingen van de nabestaanden geen mededelingen mogen doen aan derden of stukken mogen verstrekken aan derde.
Strafzaak inzake MH17 hervat op 15 en 16 april 2021
Op 15 en 16 april 2021 is de zitting in het strafproces MH17 hervat. Bij de zitting waren de advocaten van verdacht Pulatov aanwezig. Ook waren twee advocaten van het Rechtsbijstandsteam (RBT), de officieren van justitie, een aantal nabestaanden en een aantal journalisten aanwezig.
Het RBT heeft op 13 april 2021 namens 290 nabestaanden een vordering tot schadevergoeding bij de rechtbank ingediend. Samen met de formulieren waarmee de nabestaanden zich formeel hebben gevoegd, heeft het RBT een processtuk met bijlagen bij de rechtbank ingediend. De indiening van de vorderingen markeert een belangrijk moment: 290 personen van de in totaal 570 nabestaanden die door het RBT worden bijgestaan, heeft nu de positie van benadeelde partij in het strafproces.
Namens het Rechtsbijstandsteam heeft Arlette Schijns ter zitting een toelichting gegeven op de positie van de nabestaanden. ‘’Geen enkele compensatie zal in verhouding staan tot het leed dat is en wordt geleden, maar het kan toch een gevoel van erkenning en rechtvaardigheid geven, als er door de verdachten een schadevergoeding betaald moet worden.’’
In totaal vragen 290 nabestaanden smartengeld, dat bestaat uit een vast bedrag van 40.000 tot 50.000 euro per slachtoffer. De vorderingen zijn gebaseerd op de mogelijkheden die het Oekraïense recht biedt.
Start van de strafzaak inzake MH17 op 9 maart 2020
Het Openbaar Ministerie heeft medio 2019 bekendgemaakt dat zij vier verdachten wil vervolgen voor de MH17-ramp. Hierop is een Rechtsbijstandsteam (RBT) opgericht om alle nabestaanden juridische hulp te verlenen. Het RBT bestaat uit negen Nederlandse advocaten. Maya Spetter maakt deel uit van het RBT.
Maandag 9 maart 2020 is bij de rechtbank Den Haag, locatie Schiphol, de strafzaak tegen de eerste vier verdachten uit Rusland en Oekraïne begonnen. Naar verwachting zal het strafproces lange tijd in beslag nemen. De rechtbank heeft tot in het voorjaar van 2021 een groot aantal zittingsdagen gereserveerd voor het proces. De verdachten worden vervolgd voor het neerhalen van vlucht MH17 en de moord op alle 298 inzittenden en het laten verongelukken van het vliegtuig.
De eerste zittingsdag was inventariserend van aard. Er is gekeken naar wie is er verschenen, of zij goed zijn opgeroepen. Maar ook; hoe ziet het dossier er uit? Is het dossier compleet of komt er nog iets bij en heeft de verdediging nog wensen? De voorzitter heeft de positie van de nabestaanden geschetst. In de afgelopen jaren is de positie van nabestaanden in het strafrecht versterkt.
In de strafzaak hebben de nabestaanden van de slachtoffers belangrijke rechten. Zij hebben recht op informatie over de voortgan van het stafproces en kennisneming van het dossier. Daarnaast hebben zij recht op uitoefening van het spreekrecht. Het spreekrecht is het recht voor slachtoffers of nabestaanden om tijdens een strafrechtelijke procedure een verklaring af te leggen. De Rechtbank zal zittingsruimte reserveren voor de nabestaanden die gebruik willen maken van het spreekrecht.
Er kan ter zitting worden gesproken. De slachtoffers van de nabestaanden krijgen de mogelijkheid om te vertellen wat de impact is geweest van de MH17-ramp. Op deze manier kunnen zij de ernstige gebeurtenis een emotionele plek geven. Hiernaast bestaat ook de mogelijkheid tot een schriftelijke slachtofferverklaring. In sommige gevallen kiest een nabestaande er bewust voor om zijn verklaring niet mondeling aan de rechtbank bekend te maken.
Tot slot kunnen nabestaanden een vordering tot schadevergoeding indienen tijdens het strafproces. Hiervoor is vereist dat het gaat om schade die in rechtstreeks verband staat met het handelen van de verdachte. Alleen de nabestaanden die geen (volledige) schadevergoeding hebben gekregen, kunnen een schadevergoedingsvordering indienen tijdens het MH17-strafproces.